maandag 19 mei 2014




Stakeholders tijdens het ontwerpproces van LA2  

De directie van ZuidWest is van een twee hoofdige leiding naar een eenhoofdige leiding gegaan. Dit zorgt voor verschillende veranderingen binnen school. Een van de veranderingen is de nieuwe visie. De nieuwe visie is gericht op de veranderende maatschappij en op de toekomst (vervolgopleiding, stage, werk) waar onze leerlingen mee te maken krijgen. Mijn nieuwe functie binnen school maakt dat ik direct betrokken ben bij de nieuwe visie en de uitwerking daarvan. Hierbij heb ik aangegeven dat dit gevolgen heeft voor het curriculum. Tijdens de bijeenkomsten van de stuurgroep, met daarin de locatiedirecteur, twee teamleiders en een collega docent, wordt de visie gebruikt als kapstok (document), om het schoolplan opnieuw vorm te even. Op dit moment formuleren we de doelen die in het nieuwe document moeten komen staan. Hierbij is aandacht voor het curriculum.

Met mijn teamleider heb ik wekelijks een gesprek waarin mijn opleiding centraal staat. Hierbij geef ik aan wat mijn ideeën, ontwikkelingen en ‘frustraties’ zijn. De feedback, in de meeste gevallen reflectie, werkt verhelderend en zet mij weer met beide benen op de grond (zelfreflectie).

Tijdens het proces waarin ik duidelijk kreeg waar het herontwerp over moest gaan heb ik verschillende ‘experts’ benaderd en gevraagd naar hun standpunt omtrent vak-integratie. In de onderbouw werkt men met leergebieden. Eén daarvan is Mens & Natuur, waarin de docenten van Natuur en Techniek integratief samenwerken. De collega’s die in dit leergebied werken heb ik gevraagd in het begin van mijn onderzoek of het een meerwaarde is om integratief te werken en of dat ook voor de bovenbouw een meerwaarde zou kunnen zijn. Zij hebben mijn vermoeden bevestigd, dat het wel degelijk en meerwaarde is voor de leerlingen. 

In de gesprekken met de ‘experts’ uit de bovenbouw komt duidelijk naar voren dat het een meerwaarde is voor de leerlingen, omdat zijn op deze manier direct de theorie kunnen koppelen aan de praktijk. ‘Onze’ leerlingen zijn allemaal praktisch ingesteld en leren gemakkelijker als ze direct het geleerde praktisch kunnen toepassen, waardoor het geleerde ook beter beklijft. Wel blijft de zorg van de natuurkunde sectie dat de integratie niet ten koste mag gaan van de theorie momenten van natuurkunde. Leerlingen moeten voor het examen ook veel reken- en oplosvaardigheden kunnen toepassen. Ze geven wel aan dat de leerlingen de leerstof beter eigen maken als ze daadwerkelijk theorie en vaardigheden goed weten toe te passen. Wat betreft lesbezoek -en collegiale intervisie zijn alle collega’s een voorstander. Te meer als dat gaat om vakdidactiek. Dit is in het trapmodel voor docenten meegenomen.

Tijdens het arrangement heb ik veel met mijn collega’s annex studiegenoten gewerkt, ook in de vakantie hebben we regelmatig contact gehad en daarbij elkaar veelvuldig voorzien van feedback, maar ook elkaar gesteund op momenten dat we het even niet meer zagen zitten. We hebben gebruik gemaakt van elkaars talenten en dat geeft je uiteindelijk  ook weer meer inzicht in je proces, maar ook in het product. In dit geval LA2.

Van de ontwerpbureaus heb ik in de eerste weken van het LA wel voldoende feedback gekregen en kunnen gegeven. Met name het proces van de curriculumanalyse heeft mij daarbij veel inzicht gegeven. Het tweede gedeelte met de ontwerpbureaus van het LA, waarin ‘gelijkgestemde’ zaten heeft voor mij niet veel meerwaarde gehad. De verschillen in ontwikkelingen van de ontwerpers uit het ontwerpbureau lagen te ver uiteen, waardoor ik voor mijn gevoel hen niet kon belasten omdat ik al verder was in mijn proces. Gelukkig heb ik wel feedback kunnen geven aan de andere ontwerpers. Wel heb ik contact gezocht met andere ontwerpbureaus en studenten, waarbij ik feedback heb kunnen geven en ontvangen. Uiteindelijk hebben alle gesprekken geleidt tot mijn herontwerp.

Zelf heb ik de meeste moeite gehad met de ‘structuur’ van het LA. Het vrije denken heeft wel het een en ander opgeleverd, wat ook een doel van dit LA is. Het is een uitdagend proces geweest. Maar uiteindelijk is het de tijd die ontbreekt om in het divergente denken te blijven hangen. Je wordt tot de laatste dag nog geprikkeld met nieuwe ideeën voor je herontwerp, waardoor je pas vrij laat een totaal beeld kunt maken/ creëren van je ontwerp. Als ik terug kijk naar de eerste bijeenkomst en naar het eindproduct moet ik zeggen dat ik  tevreden ben.
Uitdagend ontwerpen maakt zijn naam wel degelijk waar!



Uitdagend ontwerpen maakt zijn naam wel degelijk waar!

1 opmerking:

  1. Mooie refelctie Geert. Open en eerlijk. Tevens wordt zichtbaar wat je doet als je 'vastloopt'. Je gaat te rade bij anderen, ook buiten je ontwerpburo. Die houding van 'verder zoeken' is evengoed belangrijk .

    BeantwoordenVerwijderen